-
1 quite a few
-
2 quite a few books
-
3 there were quite a few people
-
4 few
adj. weinig, enkele, enkel--------n. weinig, een paar, enkele; een klein aantal van--------pron. weinig, weinigenfew11 weinige(n) ⇒ weinig, enkele(n)♦voorbeelden:a faithful few • een paar trouwe volgelingenholidays are few and far between • feestdagen zijn er maar weinigno fewer than twenty • niet minder dan twintig, wel twintighe was among the few who understood • hij was een van de weinigen die het begreepa few of the chocolates • een paar chocolaatjesa few • een paar, enkele(n)a few more • nog enkele(n)quite a few • vrij veel————————few2〈determinator; fewer, vergrotende trap informeel ook less〉1 weinig ⇒ een paar, enkele♦voorbeelden:a man of few words • een man van weinig woordena few words • een paar woordenevery few days • om de zoveel dagenthe last few hours • de laatste (paar) urensome few words • (maar) een paar woorden -
5 quite
adv. helemaal; verreweg; vrij; juist, ja; in het geheel; genoeg; op bepaalde manier[ kwajt]1 helemaal ⇒ geheel, volledig, absoluut2 nogal ⇒ enigszins, tamelijk3 werkelijk ⇒ echt, in feite♦voorbeelden:you're quite right • je hebt volkomen gelijk〈 informeel〉 it's quite something to be a famous author • het is heel wat om een beroemd schrijver te zijnI've heard quite different stories about you • ik heb heel andere verhalen over je gehoordthat's quite another matter • dat is een heel andere zaak‘It's not easy’ ‘Quite (so)’ • ‘Het is niet makkelijk’ ‘Zeker/Zo is het/Precies’that was quite a party, 〈Amerikaans-Engels; informeel ook〉that was quite some party • dat was me het feestje wel -
6 turn
n. draai, bocht; beurt; ommekeer--------v. draaien; omslaan; omkeren; worden; veranderen; omzetten; wendenturn1[ tə:n]3 wending ⇒ draai, (verandering van) richting4 beurt7 〈 benaming voor〉 korte bezigheid ⇒ wandelingetje, ommetje; ritje, tochtje; nummer(tje) 〈 in circus, show〉; 〈 bij uitbreiding〉 artiest 〈 in show〉♦voorbeelden:turn of the tide • getijwisseling, kentering 〈 ook figuurlijk〉the tide is on the turn • het tij keertthe next right turn • de volgende afslag rechts4 is it my turn to cook tonight? • moet ik vanavond koken?take turns at something • iets om beurten doen, elkaar aflossen met ietswait one's turn • zijn beurt afwachtenturn and turn about • om en om, om de beurtby turns • om en om, om de beurtin turn • om de beurt, achtereenvolgens; op zijn beurttake it in turn(s) to do something • iets om beurten doenin one's turn • op zijn beurtyour turn • jij bentbe of a musical turn (of mind) • muzikaal aangelegd zijnat every turn • bij elke stap/gelegenheid, overaldone to a turn • perfect klaargemaakt, precies gaar genoeg→ good good/♦voorbeelden:————————turn23 〈 benaming voor〉 van richting veranderen ⇒ afslaan, draaien, een bocht/draai maken; (zich) omkeren, (zich) omdraaien; een keer nemen, kenteren 〈 van getijde〉♦voorbeelden:his thoughts turned to his mother • hij dacht aan zijn moederturn aside (from) • zich afwenden (van)turn to a book • een boek raadplegenturn to drink • aan de drank rakenthe car turned left, right, and then turned into Bond Street • de auto sloeg saf, rechtsaf, en draaide toen Bond Street inturn about • zich omkerenabout turn! • rechtsom(keert)! 〈 bevel aan troepen〉turn (a)round • zich omdraaien 〈 van iemand〉; een ommekeer maken 〈 bijvoorbeeld van economie〉; van gedachten/mening veranderenturn back • terugkeren, omkerenturn down a side street • een zijstraat inslaanwe turned off the M1 at Hatfield • we gingen van de M1 af bij Hatfieldhe turned to teaching • hij switchte naar (het) onderwijsturn into • veranderen in, wordenthe success of a film turns on many factors • het succes van een film hangt van vele factoren afwater turns to ice • water wordt ijsturn (up)on someone • iemand aanvallen, zich tegen iemand keren→ turn down turn down/, turn in turn in/, turn off turn off/, turn on turn on/, turn out turn out/, turn over turn over/, turn up turn up/2 〈 benaming voor〉 omdraaien ⇒ (doen) omkeren; omploegen, omspitten; omslaan, keren 〈 kraag〉; omvouwen4 verzuren ⇒ zuur worden/maken♦voorbeelden:the wheels turn fast • de wielen draaien snelshe turned the car • zij keerde de autoshe turned my old coat • zij keerde mijn oude jas (binnenstebuiten)turn the collar • de kraag omslaanturn the page • de bladzijde omslaanturn about • omkeren, omdraaienturn (a)round • ronddraaien; omkeren, omdraaienturn back • omvouwen, omslaanturn back the sheets • de lakens omslaan/open slaanturn something inside out • iets binnenstebuiten keren; 〈 figuurlijk〉grondig doorzoeken, overhoophalenit seemed as if the world had turned topsy-turvy • het leek wel de omgekeerde wereldturn upside down • ondersteboven kerenturn to page seven • sla bladzijde zeven opturn a phrase • iets mooi zeggenthe warm weather turned the milk • door het warme weer verzuurde de melk4 (doen) veranderen (van) ⇒ omzetten, verzetten; (ver)maken; een wending geven aan 〈 gesprek〉; bocht/draai laten maken, draaien; afwenden, omleiden♦voorbeelden:1 turn a circle • een cirkel maken/beschrijventurn the conversation • een andere wending aan het gesprek geventurn a stream • een stroom omleidenturn the switch • de wissel omzettenturn into • veranderen in, (ver)maken tot; omzetten in〈 figuurlijk〉 the terrible hangover turned him off drink for some time • door de enorme kater had hij een tijdje geen enkele interesse in drankturn the conversation to something different • het gesprek op iets anders brengenturn a gun on someone • een geweer op iemand richtenshe turned her face away from the corpses • zij wendde haar hoofd af van de lijkenturn a child against his parents • een kind tegen zijn ouders opstoken〈 Amerikaans-Engels〉 turn loose • los/vrijlatenmy wife is/has turned fifty • mijn vrouw is de vijftig gepasseerd/is vijftig gewordenit is/has turned six o'clock • het is zes uur geweestturn away • wegsturen, wegjagen, ontslaan; 〈 figuurlijk〉verwerpen, afwijzenwe were turned back at the entrance • bij de ingang werden we teruggestuurdturn someone into the street • iemand op straat zetten→ turn down turn down/, turn in turn in/, turn off turn off/, turn on turn on/, turn out turn out/, turn over turn over/, turn up turn up/IV 〈 koppelwerkwoord〉1 worden♦voorbeelden:her skin turned brown • haar vel werd bruinhis wife turned Catholic • zijn vrouw werd katholiekthe milk turned sour • de melk werd zuur
См. также в других словарях:
quite a few — or[quite a number] also {formal}[not a few] {n.} or {adj. phr.} Rather a large number; more than a few. * /Quite a few went to the game./ * /The basket had quite a few rotten apples in it./ The phrase quite a number is used like an adjective only … Dictionary of American idioms
quite a few — or[quite a number] also {formal}[not a few] {n.} or {adj. phr.} Rather a large number; more than a few. * /Quite a few went to the game./ * /The basket had quite a few rotten apples in it./ The phrase quite a number is used like an adjective only … Dictionary of American idioms
quite\ a\ few — • quite a few • quite a number also formal not a few noun or adj. phr. Rather a large number; more than a few. Quite a few went to the game. The basket had quite a few rotten apples in it. the phrase quite a number is used like an adjective only… … Словарь американских идиом
quite a few — or a good few or not a few a good few or not a few a fairly large number of people or things The letter arrived quite a few days ago. I ve turned down a good few job offers … English dictionary
quite a few — ► quite a few a fairly large number. Main Entry: ↑few … English terms dictionary
quite a few — phrasal : a considerable number : a good many quite a few of the merchants cut prices owns quite a few horses maybe not a hundred but quite a few * * * I a fairly large number quite a few people can do it … Useful english dictionary
quite a few — many He has quite a few videos at home … Idioms and examples
quite a few — a large number. We watched quite a few of the World Cup matches on TV … New idioms dictionary
quite a few — a great many, more than a few … English contemporary dictionary
quite a few — a fairly large number. → few … English new terms dictionary
quite a few — phrasal many … New Collegiate Dictionary